Uitgangspunten
In dit hoofdstuk zijn de uitgangspunten waarlangs de begroting 2019-2022 is uitgewerkt weergegeven.
We streven een Begroting na die aan de volgende uitgangspunten voldoet:
1. Concreet
2. Financieel gezond (positief begrotingssaldo)
3. Uitvoerbaar
4. Leesbaar voor burgers
5. Passend binnen wettelijke kaders
Omschrijving | Uitgangspunt | |
Lonen en pensioenpremie | 3,00% (t.o.v. begroting 2018) | |
Prijsindexering (materiele budgetten en subsidies) | 0,00% (t.o.v. begroting 2018) | |
Afvalstoffenheffing | 7,13% | |
Rioolheffing | -7,35% | |
Marktgelden | Woensdag: -17,64% (-6.67% t.o.v. besluit marktgelden maart 2018) | |
Overige lokale leges, rechten en heffingen | 2,4% (of conform het wettelijk vastgestelde tarief) | |
Rekenrentes | Investeringen | 1,40% |
Algemene uitkering | Meicirculaire 2018 | |
(Financiële) regels | BBV, Financiële verordening gemeente Hilversum 2018, Coalitieakkoord 2014-2018 |
Ontwikkelingen | Jaarstukken 2017 | Begroting 2018 | Begroting 2019 |
Aantal inwoners* | 88.888 | 89.100 | 90.226 |
Waarvan 0 t/m 19 jaar | 20.098 | 20.205 | 20.447 |
Waarvan 20 t/m 64 jaar | 51.949 | 51.991 | 52.664 |
Waarvan 65 jaar en ouder | 16.722 | 16.954 | 17.115 |
Aantal uitkeringsgerechtigden | 2.000 | 2.098 | 2.200 |
(WWB -incl. WIJ-, BBZ, IOAW, IOAZ, Adreslozen) | |||
Aantal werknemers werkvoorzieningsschappen | 314 | 314 | 303 |
Aantal woonruimten | 41.638 | 41.983 | 42.262 |
*Gemeentelijke registratie per 1 september 2018
Lonen
De berekening van de loonsom is gebaseerd op de in het Centraal Economisch Plan 2018 afgegeven verwachte stijging van de lonen. Hier wordt uitgegaan van een te verwachte loonstijging van 3%
Prijsindexering
Het Centraal Planbureau berekent doorlopend het Nationaal Consumentenprijsindex (CPI). Met deze indexering wordt een schatting gemaakt van de verwachte prijsstijging van producten en diensten. Het CPI voor 2018 is geraamd op 2,4%. De budgetten zijn niet verhoogd met dit percentage. Uiteraard heeft de organisatie wel getoetst of de budgetten toereikend zijn voor de geplande activiteiten, en zijn ze bijgesteld als dat onontkoombaar was. De noodzaak van een automatische prijsbijstelling vervalt hiermee. Hetzelfde geldt voor subsidies die wij verstrekken aan organisaties en instellingen. Ook hier moet het gesprek gevoerd worden over de te verwachten prestaties en de benodigde subsidies. Hierbij moet het niet vanzelfsprekend zijn dat de subsidie wordt verhoogd.
Afvalstoffenheffing, rioolheffing en marktgelden
Uitgangspunt voor de afvalstoffen- en rioolheffing en marktgelden is, het kostendekkender maken van het tarief. De afvalstoffenheffing en rioolheffing worden voor 96% kostendekkend. De afvalstoffenheffing stijgt met 7,13%, daarentegen daalt de rioolheffing met 7,35%. Voor de marktgelden komt de kostendekking op 80%. Door een gewijzigde toerekening van kosten daalt het tarief in 2019 de woensdag met 17,64% (-6.67% t.o.v. besluit marktgelden maart 2018) en zaterdag met 5,88%.
Overige lokale leges, rechten en heffingen
Conform bestendig beleid stijgen de overige lokale leges, rechten en heffingen met het inflatiepercentage van 2,4% of conform het wettelijk vastgestelde tarief (bijvoorbeeld: rijbewijs, paspoort). In overeenstemming met de financiële verordening worden de tarieven jaarlijks door de raad vastgesteld (art 13).
Kostentoerekening
Ten behoeve van het bepalen van de kostendekkendheid van leges, rechten en heffingen wordt van de betreffende producten de kostprijs berekend. Volgens de nieuwe financiële verordening worden hierbij betrokken: (1) overheadkosten; (2) rente van ingezet vreemd vermogen; (3) bijdragen en onttrekkingen aan voorzieningen; (4) afschrijvingskosten van in gebruik zijnde activa.
Investeringen
De kapitaallasten van voorgenomen investeringen zijn opgenomen in het investeringsprogramma 2019-2022. De rentelasten zijn berekend tegen een renteomslag van 1,4%.
De in de begroting opgenomen investeringen worden bij het vaststellen van de begroting door de raad automatisch geautoriseerd, tenzij de raad aangeeft dat hij voor bepaalde investeringen een apart raadsvoorstel wil (art 5 lid 3 Financiële verordening 2018).
Grondexploitaties
De rente die conform het gewijzigde Besluit Begroting en Verantwoording toegerekend wordt aan grondexploitaties is het gewogen gemiddelde rentepercentage van de bestaande leningenportefeuille van de gemeente, naar verhouding vreemd vermogen/totaal vermogen. Voor 2019 is dit rentepercentage 2,0%.
Toekomstige verliezen op negatieve grondexploitaties zijn gedekt middels de voorziening negatieve grondexploitaties. Er wordt gewerkt met een rentetoerekening van 2,0%, conform het gewijzigde Besluit Begroting en Verantwoording.
Algemene uitkering
Bij de beoordeling of er sprake is van een materieel sluitende (meerjaren)begroting wordt, voor wat betreft de algemene uitkering uit het gemeentefonds, uitgegaan van de meicirculaire 2018 en de daarin opgenomen uitkeringsfactoren en de laatste fase van de herijking van het gemeentefonds.
(Financiële) regels
Bij het opstellen van de begroting wordt uitgegaan van de financiële verordening gemeente Hilversum 2018 (vastgesteld 12 juli 2017), het BBV en het coalitieakkoord 2018-2022.