Begroting 2019

Investeringen

Investeringen

Toelichting bij: Investeringen

Het investeringsprogramma 2019-2022 bevat als basis de jaarschijven 2019 tot en met 2021 uit het IP 2018-2021 in de begroting 2018. Vervolgens zijn deze jaarschijven geactualiseerd naar aanleiding van nadien genomen besluiten, waaronder de investeringen zoals opgenomen in de kadernota financieel beeld coalitieakkoord 2018-2022. Bovendien zijn verschuivingen tussen de jaarschijven verwerkt en nieuwe aanmeldingen verwerkt.

De aanmeldingen voor de nieuwe jaarschijf 2022 bestaan in hoofdzaak uit de bekende bedragen die nodig zijn voor de uitvoering van bestaande meerjarige onderhoudsprogramma’s voor onderwijs-huisvesting en openbare ruimte (wegen, riolering, groen, verlichting etc.). Ook zijn de gebruikelijke investeringen voor informatievoorziening en automatisering opgenomen.
Naast de investeringen wordt ook inzicht gegeven in de corresponderende posten. Deze posten hebben betrekking op de dekking van de kapitaallasten in de begroting.

Autorisatie investeringskredieten
Investeringen maken via de kapitaallasten (rente en afschrijving) deel uit van de exploitatiebegroting. Bij de vaststelling van de begroting/meerjarenraming wordt tegelijkertijd de investeringskolom voor het komende jaar door de raad geaccordeerd. De financiële ruimte voor de investeringen is dan gereserveerd voor het komende jaar. Dit geldt niet voor alle investeringen. Bij het vaststellen van de begroting wordt ook bepaald voor welke investeringsvoorstellen het college op een later tijdstip naar de raad zal gaan voor de autorisatie van het krediet. Deze investeringen zijn in het investeringsprogramma met een sterretje gemarkeerd.
Als regel geldt dat (1) het bestedingsdoel (wat willen we bereiken), (2) de planning (deze is de basis voor de bestedingstermijn van het budget), (3) de onderbouwde financiële raming (de basis voor het begrote bedrag) en (4) het uitvoeringsplan (welke activiteiten zijn nodig) van investeringen helder moeten zijn. Voor investeringen op het gebied van het beheer (van bijvoorbeeld de openbare ruimte) is dit in de regel zo, omdat daar door de raad vastgestelde onderhoudsplannen onder liggen die voorzien zijn van een uitvoeringsplanning. Investeringen die niet aan deze voorwaarden voldoen worden geschrapt. Dit is een uitvloeisel van de zogenaamde beukennoten-wet.